codec

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  codec    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• co·dec

Woordherkomst en -opbouw

• uit het Engels

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	codec	codecs
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de codec m

1. soft- of hardware die toelaat data te coderen/decoderen of te comprimeren/decomprimeren

   ▸ Google kocht het bedrijf achter de VP8-videocodec enige tijd geleden waarna het de codec ontdeed van licensies. Inmiddels wordt hard gewerkt aan de ontwikkeling van V9 als tegenhanger van het eveneens nieuwe H.265.

   ▸ Dat Microsoft H256[sic!]/HEVC gaat ondersteunen is een belangrijkste boost voor de nieuwe videocodec. Zoals de naam al doet vermoeden is H256[sic!]/HEVC de opvolger van H264/AVC. Dat formaat wordt meestal gebruikt voor HD-video op sites als Vimeo en YouTube. Ook is het de codec die wordt gebruikt op blu-rayschijfjes. H265/HEVC heeft als voordeel ten opzichte van zijn voorganger dat het videobestanden aanzienlijk beter comprimeert. Dat is vooral van belang bij het gebruik van 4K-video.

   ▸ Maar waar de video dus het probleem niet is, kan uitgerekend het geluid in films toch nog roet in het eten gooien. Want er is een wildgroei aan zogeheten codecs en die zijn niet allemaal gratis. Het gevolg: als Synology de audiocodec niet ondersteunt, zoals bij TrueHD, moet je een andere versie van dezelfde film downloaden.

Gangbaarheid

• Het woord codec staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

• In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "codec" herkend door:

49 %	van de Nederlanders;
58 %	van de Vlamingen.

Meer informatie

• Zie Wikipedia voor meer informatie.