coauteur
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- co·au·teur
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | coauteur | coauteurs |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
de coauteur m
- iemand die samen met iemand anders een boek schrijft
- ▸ Uit onderzoek blijkt dat Patterson voor het merendeel de verhaallijn voor de boeken bedenkt en het echte ploeteren achter de tekstverwerker aan de coauteur overlaat.[1]
- ▸ Bovendien laten andere studies zien dat betere eetgewoonten effect hebben op depressiviteit, aldus coauteur Tasnime Akbaraly.[2]
Synoniemen
Gangbaarheid
- Het woord coauteur staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "coauteur" herkend door:
62 % | van de Nederlanders; |
70 % | van de Vlamingen.[3] |
Verwijzingen
- ↑ Weblink bron Peter Kuijt“Bill Clinton mede-auteur van thriller over vermiste president” (04-06-2018), Tubantia
- ↑ Weblink bron “Wie veel junkfood eet, loopt risico op depressie” (26-09-2018), Tubantia
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be