clubhuis
- club·huis
- samenstelling van club en huis
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | clubhuis | clubhuizen |
verkleinwoord | clubhuisje | clubhuisjes |
het clubhuis o
- Een gebouw waar een of meer clubs gevestigd zijn. Bij een sportclub bevat het vaak kleedruimtes en een kantine.
- Het woord clubhuis staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "clubhuis" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen.[1] |
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be