chromeren
- chro·me·ren
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
chromeren |
chromeerde |
gechromeerd |
zwak -d | volledig |
chromeren
- overgankelijk met een laagje chroom bedekken, verchromen
- Het woord chromeren staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "chromeren" herkend door:
67 % | van de Nederlanders; |
89 % | van de Vlamingen.[1] |
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be