chloreren
- chlo·re·ren
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
chloreren |
chloreerde |
gechloreerd |
zwak -d | volledig |
chloreren
- overgankelijk chloor toevoegen aan
- Dit is gechloreerd water, het stinkt.
- chloor, chlooracne, chloorecht, chloorfluorkoolstof, chloorfluorkoolstofverbinding, chloorfluorkoolwaterstof, chloorgas, chloorhoudend, chloorkalk, chloortrein, chloorverbinding, chloorvrij, chloorwater, chloorwaterstof, chloorzuur, chloren, chloride
- Het woord chloreren staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "chloreren" herkend door:
65 % | van de Nederlanders; |
69 % | van de Vlamingen.[2] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ Wiktionnaire
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be