cheerleader

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • cheer·lea·der
Woordherkomst en -opbouw
  • Uit het Engels overgenomen
enkelvoud meervoud
naamwoord cheerleader cheerleaders
verkleinwoord cheerleadertje cheerleadertjes

Zelfstandig naamwoord

de cheerleaderv / m

  1. (sport) iemand die tijdens een sportwedstrijd aanmoedigt en het publiek vermaakt

Gangbaarheid

97 % van de Nederlanders;
95 % van de Vlamingen.[1]

Meer informatie

Verwijzingen

  1.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be