chasodem

Nederlands

Uitspraak

• IPA: / xaˈsodɛm / (3 lettergrepen)

Woordafbreking

• cha·so·dem

Woordherkomst en -opbouw

• van Jiddisch  חסדים zn  (chasodem)

Zelfstandig naamwoord

de chasodem mv

1. (Jiddisch-Hebreeuws) meervoud van chesed, belangeloze diensten vanuit verbondenheid of genegenheid (alleen in onderstaande verbindingen)

Typische woordcombinaties

• gemieles chasodem

Verwante begrippen

• chasadiem (Hebreeuws)

Gangbaarheid

• Het woord 'chasodem' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.