cementzak
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- ce·ment·zak
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van cement en zak
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | cementzak | cementzakken |
verkleinwoord | cementzakje | cementzakjes |
Zelfstandig naamwoord
de cementzak m
- een zak met daarin cement
- De cementzakken lagen opgestapeld op een palet.
Gangbaarheid
- Het woord 'cementzak' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.