cadeauactie
- Geluid: cadeauactie (hulp, bestand)
- ca·deau·ac·tie
- samenstelling van cadeau zn en actie zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | cadeauactie | cadeauacties |
verkleinwoord |
de cadeauactie v
- activiteit waarbij men presentjes uitdeelt
- ▸ Een spontane cadeauactie in Twenterand voor kinderen uit gezinnen die het financieel moeilijk hebben, heeft een veel grotere omvang gekregen, dan vooraf verwacht. „Je weet dat armoede bestaat, maar je schrikt er wel van.”[1]
- Het woord cadeauactie staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- ↑ Weblink bron André Scheffers“Twentse Danielle Bosch zamelde honderden cadeaus in voor arme kinderen: ‘Heel Vroomshoop kwam in de benen’” (22-12-2020), Tubantia