bydlit

Tsjechisch

Uitspraak

• IPA: /bɪdlɪt/

Woordafbreking

• by·d·lit

Werkwoord

bydlit imperfectief  

1. wonen, leven

   «Bydlím ve městě.»

   Ik woon in de stad.

   «Chci tam bydlit sama.»

   Ik wil daar alleen wonen.

Vervoeging

		enkelvoud	meervoud
eerste persoon		bydlím	bydlíme
tweede persoon	informeel	bydlíš	bydlíte
	formeel	bydlíte
derde persoon		bydlí	bydlí / bydlejí

Schrijfwijzen

• bydlet imperfectief
• Oude schrijfwijze: bydleti imperfectief
• Oude schrijfwijze: bydliti imperfectief

Synoniemen

• žít imperfectief

Afgeleide begrippen

bydlení o bydlící bydlívat imperfectief

obydlit perfectief vybydlit zabydlit se

Typische woordcombinaties

• bydlet hned vedle - direct ernaast wonen
• bydlet na vesnici - in een dorp wonen
• bydlet v Praze - in Praag wonen

Verwante begrippen

• bydliště o
• bydlo o
• byt monbezield
• odbydlet perfectief

Verwijzingen

• Internetová jazyková příručka - Ústav pro jazyk český AV ČR (Tsjechisch)