brutoverbruik
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- bru·to·ver·bruik
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van bruto en verbruik
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | brutoverbruik | - |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
het brutoverbruik o
- het gehele verbruik bij de productie van een product
- Het brutoverbruik kan zeer gemakkelijk berekend worden.
Gangbaarheid
- Het woord 'brutoverbruik' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.