brugbediening

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  brugbediening    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• brug·be·die·ning

Woordherkomst en -opbouw

• samenstelling van  brug zn  en  bediening zn 

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	brugbediening	brugbedieningen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de brugbediening v

1. het openen en sluiten van een beweegbare brug

   ▸ De Onderzoeksraad zegt dat de urgentie om verbeteringen door te voeren bij de gemeente is verslapt. "Als de geïdentificeerde tekortkomingen direct waren opgepakt, was de kans op het maken van fouten in de brugbediening aanzienlijk verkleind. Bovendien had dit ruimte geboden voor de brugbedienaar om een gemaakte fout te kunnen herstellen"

Gangbaarheid

• Het woord 'brugbediening' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.