Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • broed·ka·mer
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord broedkamer broedkamers
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de broedkamerv / m

  1. afdeling van een organisatie of bedrijf waar men nieuwe zaken ontwikkeld
     De problemen speelden volgens Zembla bij 'de Broedkamer', een eiland binnen de Belastingdienst.[2]
  2. ruimte in een bijenkorf waar de bijenkoningin haar eitjes legt

Gangbaarheid

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2.   Weblink bron “Zembla: Belastingdienst deed niets aan 'alarmerend beveiligingslek'” (Woensdag 1 februari 2017, 06:00), NOS