briefbom
- brief·bom
- samenstelling van brief zn en bom zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | briefbom | briefbommen |
verkleinwoord |
- als brief vermomde bom die via de post wordt verstuurd
- ▸ De Britse politie en veiligheidsdiensten onderzoeken de herkomst van bombrieven die op drie drukke plekken in Londen zijn gevonden. Het gaat om enveloppen in A4-formaat die een ontvlambare substantie bevatten. Bij opening van een van de enveloppen kwam er een vlam uit.[1]
- ▸ De man die vorige week bij een explosie in een hotel in Kopenhagen gewond raakte, plande een aanslag met een briefbom.[2]
- Het woord briefbom staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- ↑ Weblink bron “Politie Londen onderzoekt drie bombrieven” (Dinsdag 5 maart 2019, 20:07), NOS
- ↑ Weblink bron “Deense bom ging te vroeg af” (Vrijdag 17 september 2010, 16:56), NOS