brak open
- brak open
vervoeging van |
---|
openbreken |
brak open
- enkelvoud verleden tijd van openbreken
- Ik brak open.
- Jij brak open.
- Hij, zij, het brak open.
- Ik brak open.
- Het woord brak open staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.