• bouw·com·bi·na·tie
enkelvoud meervoud
naamwoord bouwcombinatie bouwcombinaties
verkleinwoord

de bouwcombinatiev

  1. groep samenwerkende bedrijven die samen aan één bouwproject werken
     De gemeente Alphen aan den Rijn is de opdrachtgever van de renovatie van de Julianabrug in het centrum van de stad. De gemeente heeft de opdracht in 2014 verleend aan de combinatie Mourik/BSB Staalbouw. Alphen aan den Rijn en de bouwcombinatie zijn daarmee verantwoordelijk voor de uitvoering van het werk.[1]
     Er was al lang een meningsverschil met bouwcombinatie Cadanz over de kosten. Het leidde tot een arbitragezaak, waarin nog geen uitspraak is gedaan.[2]
     Behalve de nabestaanden en de gemeente moeten ook de founders, de acht grote bedrijven die hebben meebetaald aan de bouw van het stadion, akkoord gaan met een naamsverandering. Dat zijn Philips, Bouwcombinatie Stadion Amsterdam, Grolsch Bierbrouwerij, KPN, RAI, ABN AMRO Bank, Coca Cola en de Nederlandse Staatsloterij.[3]
  1.   Weblink bron “Gemeente Alphen opdrachtgever van vernieuwen brug” (Dinsdag 4 augustus 2015, 12:55), NOS
  2.   Weblink bron “Bouw cultuurcomplex Den Haag stilgelegd” (Vrijdag 22 december 2017, 11:47), NOS
  3.   Weblink bron “Wethouder: naamsverandering Arena is aan familie” (Vrijdag 25 maart 2016, 14:50), NOS