bomenkap
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- bo·men·kap
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | bomenkap | |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
de bomenkap m
- het vellen van bomen
- ▸ Kleinere, gefragmenteerde wouden hebben vooral gevolgen voor dieren die grote arealen bos nodig hebben om te kunnen jagen, zoals jaguars en andere roofdieren, stelt Zuidema. „Zulke dieren lijden direct onder bomenkap, omdat hun leefgebied krimpt.”[1]
- ▸ Volgens het nieuwe plan is bomenkap ook nog mogelijk.[2]
Gangbaarheid
- Het woord bomenkap staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ Weblink bron “Behoud het regenwoud, anders gaat het voor de bijl” (08-11-2019), Reformatorisch Dagblad
- ↑ Weblink bron “Kamer positief over plannen voor meer bomen” (09-06-2020), Reformatorisch Dagblad