Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • bloe·men·taal
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord bloementaal bloementalen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de bloementaalv / m

  1. de 'betekenis' die men toekent aan bepaalde bloemen
     Het is dan wel oppassen dat je niet de verkeerde boodschap overbrengt. "Je kunt echt vreselijk de fout in gaan", lacht Kirkby. "Je moet echt wegblijven bij rozen in een andere kleur dan roze, want die gaan allemaal over romantische liefde. Roze rozen staan voor gratie. Eigenlijk gaat tweederde van de bloementaal over de romantische liefde, dus het is makkelijker om een Valentijnsboeket samen te stellen."[2]

Gangbaarheid


Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2.   Weblink bron
    Lambert Teuwissen
    “Rozen taboe in Moederdagboeket” (Zaterdag 12 mei 2012, 13:16), NOS