blessen
- bles·sen
- [werkwoord] bles ("kale plek in de schors van een boom") met het achtervoegsel -en
- [zelfsandig naamwoord] bles met uitgang -en
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
blessen |
bleste |
geblest |
zwak -t | volledig |
Niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie als werkwoord
- overgankelijk als teken wat schors van een boom verwijderen, zodat een kale plek onstaat
de blessen mv
- meervoud van het zelfstandig naamwoord bles
- Het woord blessen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "blessen" herkend door:
46 % | van de Nederlanders; |
52 % | van de Vlamingen.[1] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be