bioscoopexploitant
- bio·scoop·ex·ploi·tant
- samenstelling van bioscoop zn en exploitant zn [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | bioscoopexploitant | bioscoopexploitanten |
verkleinwoord |
de bioscoopexploitant m
- (filmkunst) iemand die geld verdient met het houden van een bioscoop
- ▸ Het Tuschinski-theater aan de Reguliersbreestraat in Amsterdam werd geopend in oktober 1921. Het was ontworpen door architect Hijman Louis de Jong en gebouwd door de Poolse bioscoopexploitant Abraham Tuschinski, die op doorreis was naar de VS maar in Nederland bleef hangen.[2]
- ▸ Aanvankelijk was het de bedoeling dat het filiaal van Pathé aan het Gedempte Zuiderdiep de komende dag weer open zou gaan. Dat wordt nu op zijn vroegst woensdag, blijkt uit een verklaring van de bioscoopexploitant op Facebook.[3]
- Het woord bioscoopexploitant staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Weblink bron “Tuschinski Amsterdam uitgeroepen tot mooiste bioscoop ter wereld” (Vrijdag 26 februari 2021, 10:17), NOS
- ↑ Weblink bron “Bioscoop Groningen nog zeker twee dagen dicht na moorden” (Maandag 28 oktober 2019, 00:01), NOS