billen
- bil·len
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
billen |
bilde |
gebild |
zwak -d | volledig |
billen
- overgankelijk, (molenaarsambacht) het aanscherpen van de groeven in de molenstenen
- De stenen moeten gebild worden en dat is een tijdrovend karwei.
de billen mv
- meervoud van het zelfstandig naamwoord bil
- Het woord billen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "billen" herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen.[2] |
- ↑ billen op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
- bil·len
billen, g
- bepaalde vorm nominatief enkelvoud van bille
- bil·len
billen, m
- bepaalde vorm nominatief enkelvoud van bille