bewindsliedenoverleg
- be·winds·lie·den·over·leg
- samenstelling van bewindsman zn en overleg zn met het invoegsel -en-
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | bewindsliedenoverleg | bewindsliedenoverleggen |
verkleinwoord |
het bewindsliedenoverleg o
- bijeenkomst tussen verschillende ministers en staatssecretarissen
- ▸ "Volstrekt onbedoeld is dit beeld ontstaan", aldus Harbers voor aanvang van het bewindsliedenoverleg vanavond. "Dit hadden we anders moeten doen."[1]
- Het woord bewindsliedenoverleg staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- ↑ Weblink bron “Ophef over onduidelijke misdaadcijfers asielzoekers, Harbers: "geen opzet"” (Donderdag 16 mei 2019, 13:46), NOS