• be·ton·paal
enkelvoud meervoud
naamwoord betonpaal betonpalen
verkleinwoord

de betonpaalm

  1. een paal gemaakt van gewapend beton die wordt gebruikt voor de fundering van bouwwerken
     Op de snelwegen rond Amsterdam zijn vanmiddag problemen ontstaan na een ongeluk op de A7. Rond 14.00 uur was er op de A7 een ongeluk met meerdere voertuigen, waaronder een vrachtwagen geladen met betonpalen.[2]


  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2.   Weblink bron “Verkeersproblemen rond Amsterdam na ongelukken” (Vrijdag 2 november 2018, 17:16), NOS