begrotingspolitiek
- be·gro·tings·po·li·tiek
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | begrotingspolitiek | |
verkleinwoord |
de begrotingspolitiek v
- (politiek) de manier waarop men tegen een begroting aankijkt; de doeleinden die men met een begroting nastreeft
- ▸ De relatie tussen Aruba en Nederland waren de laatste jaren zeer goed. Geheel anders dan met Curaçao en Sint-Maarten. Die eilanden staan onder toezicht van het College Financieel Toezicht en Nederland kan ingrijpen in geval van slecht bestuur en slecht financieel beleid. Met Aruba, sinds 1986 in bezit van een status aparte, is die afspraak niet gemaakt. Eman: "Onze autonomie wordt verkracht. Eigen begrotingspolitiek is het meest dierbare wat Aruba heeft. Dat Den Haag eenzijdig ingrijpt, is ongrondwettig en ontoelaatbaar."[1]
- ▸ Wortmann wil sancties invoeren voor EU-landen die schuld op schuld stapelen, om zo Griekse toestanden in de toekomst te voorkomen. "Maar linkse partijen en vakbonden in Europa proberen met misleidende informatie mijn idee te torpederen", zegt Wortmann. "En Frankrijk en Duitsland liggen dwars. Die willen die Brusselse bemoeienis met hun begrotingspolitiek niet."[2]
- Het woord begrotingspolitiek staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- ↑ Weblink bron “Arubaanse premier over begrotingsconflict” (Dinsdag 15 juli 2014, 14:10), NOS
- ↑ Weblink bron Tijn Sadée“'Strenge Nederlandse aanpak Grieken niets waard'” (Donderdag 23 juni 2011, 08:34), NOS