begeerlijkheid
- be·geer·lijk·heid
- afgeleid van begeerlijk met het achtervoegsel -heid
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | begeerlijkheid | begeerlijkheden |
verkleinwoord | - | - |
- het begeerlijk zijn
- Het woord begeerlijkheid staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.