beepen
- bee·pen
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
beepen |
beepte |
gebeept |
zwak -t | volledig |
beepen
- een piepend geluid maken
- Het woord beepen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.