bedrijfssluiting
- be·drijfs·slui·ting
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | bedrijfssluiting | bedrijfssluitingen |
verkleinwoord |
de bedrijfssluiting v
- het stoppen van de bedrijfsvoering van een bedrijf
- ▸ De oorzaak van de piek ligt volgens Zorg van de Zaak deels bij werknemers die nu met een verkoudheid of zieke huisgenoten thuis moeten blijven. In enkele sectoren, zoals de horeca, leidden de maatregelen tot acute bedrijfssluiting. In alle hectiek zijn ook werknemers ziekgemeld die in normale omstandigheden waren blijven werken. Inmiddels ziet Zorg van de Zaak dat het aantal herstelmeldingen de afgelopen dagen uitstijgt boven de ziekmeldingen.[1]
- ▸ Het stikstofprobleem houdt Nederland stevig in zijn greep. Woningbouw die vertraging oploopt, maximaal honderd kilometer per uur rijden op de snelweg, en boeren voor wie bedrijfssluiting dreigt. Waar komt die stikstof vandaan, en waar veroorzaakt het de grootste problemen? En hoe doet Nederland het in vergelijking met het buitenland? Een uitleg in grafieken.[2]
- Het woord bedrijfssluiting staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- ↑ Weblink bron “Forse toename in ziekteverzuim” (Maandag 6 april 2020, 16:38), NOS
- ↑ Weblink bron “Het stikstofprobleem is echt Nederlands, uitgelegd in acht grafieken” (Zondag 10 juli 2022, 06:51), NOS