bedde in
- bed·de in
vervoeging van |
---|
inbedden |
bedde in
- enkelvoud verleden tijd van inbedden
- Ik bedde in.
- Jij bedde in.
- Hij, zij, het bedde in.
- Ik bedde in.
- Het woord bedde in staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.