bancaire
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- ban·cai·re
Bijvoeglijk naamwoord
bancaire
- verbogen vorm van de stellende trap van bancair
Frans
Uitspraak
Woordafbreking
- ban·caire
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
mannelijk / vrouwelijk |
bancaire | bancaires |
Bijvoeglijk naamwoord
bancaire
- van, als van, behorend bij een bank