balkonconstructie

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • bal·kon·con·struc·tie
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord balkonconstructie balkonconstructies
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de balkonconstructiev

  1. de manier waarop een balkon gemaakt is
     Inspecteurs van de gemeente hebben de balkonconstructie van naastgelegen woningen gecontroleerd of die veilig zijn. "Die lijken niet onveilig te zijn", zegt de veiligheidsregio. De huiseigenaren krijgen het advies om hun balkons nader te laten onderzoeken. "Het zijn allemaal eigendomspanden, het is dus aan hen om actie te ondernemen."[1]

Gangbaarheid

Verwijzingen

  1.   Weblink bron “Balkon ingestort van woning in Vlaardingen, twee mannen zwaargewond” (Zondag 3 oktober 2021, 15:05), NOS