Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ba·lans·eco·no·mie
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord balanseconomie balanseconomieën
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de balanseconomiev

  1. economie gericht op welzijn en duurzaamheid en minder op groei en welvaart

Gangbaarheid