audiosignaal
- au·dio·sig·naal
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | audiosignaal | audiosignalen |
verkleinwoord | audiosignaaltje | audiosignaaltjes |
het audiosignaal o
- (elektronica) elektrisch of elektromagnetisch equivalent van een geluidssignaal
1.
- Het woord 'audiosignaal' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.