audiocassette

Nederlands

compactcassette en microcassette

Uitspraak

• Geluid:  audiocassette    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• au·dio·cas·set·te

Woordherkomst en -opbouw

• afgeleid van cassette met het voorvoegsel audio-

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	audiocassette	audiocassettes audiocassetten
verkleinwoord	-	-

Zelfstandig naamwoord

de audiocassette v / m

1. (geschiedenis) magneetband in een cassette, cassettebandje

Meer informatie

• Zie Wikipedia voor meer informatie.

Gangbaarheid

• Het woord audiocassette staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.