assistent-directeur
- as·sis·tent-·di·rec·teur
- samenstelling van assistent zn en directeur zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | assistent-directeur | assistent-directeurs assistent-directeuren |
verkleinwoord |
de assistent-directeur m
- (beroep) persoon die de directeur helpt; persoon die werkt onder leiding van de directeur
- Het woord assistent-directeur staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.