aspirant-hoofdinspecteur
- as·pi·rant-hoofd·in·spec·teur
- samenstelling van aspirant en hoofdinspecteur
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | aspirant-hoofdinspecteur | aspirant-hoofdinspecteurs |
verkleinwoord | aspirant-hoofdinspecteurtje | aspirant-hoofdinspecteurtjes |
de aspirant-hoofdinspecteur m
- politieambtenaar, één graad hoger dan inspecteur
- Het woord 'aspirant-hoofdinspecteur' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.