armenpraktijk
- ar·men·prak·tijk
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | armenpraktijk | armenpraktijken |
verkleinwoord | armenpraktijkje | armenpraktijkjes |
- (medisch) de medische werkruimte van een arts voor de armen
- Het woord 'armenpraktijk' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.