Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • an·ti·fou·ling
Woordherkomst en -opbouw
  • uit het Engels
enkelvoud meervoud
naamwoord antifouling antifoulings
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de antifoulingv / m

  1. (scheepvaart) maatregelen die zorgen dat de aangroei van algen en schelpen aan de buitenzijde van een scheepsromp wordt geremd
     In 2014 werden strengere Europese regels ingevoerd voor deze giftige 'antifouling' verf, zoals de algen-werende verf wel wordt genoemd. Maar die strengere regels helpen niet, zegt Joke Wezenbeek van het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM).[1]
     Niet alleen in de landbouw, waar ze vaak aan veevoer worden toegevoegd, maar ook in de pleziervaart. Wie zijn boot of jacht vrij wil houden van algen en schelpjes, smeert de buitenkant vaak in met een speciaal beschermend laagje: antifouling.[2]

Gangbaarheid

Meer informatie

Verwijzingen

  1.   Weblink bron “Nederlander wint Europese uitvindersprijs voor anti-algenfolie” (Donderdag 20 juni 2019, 18:45), NOS
  2.   Weblink bron
    Charlotte Waaijers
    “Schadelijke bootverf lekt in het water, verbeteringen 'gaan niet snel genoeg'” (Maandag 11 maart 2019, 13:52), NOS