amerikaanischer
- ame·ri·ka·ni·scher
- Pennsylvania-Duitse bijvoeglijknaamwoordsvorm met het achtervoegsel -isch en met de woorduitgang -er
amerikaanischer
- onbepaald (zonder lidwoord) nominatief en accusatief mannelijk enkelvoud vergrotende trap van amerikaanisch
amerikaanischer
- onbepaald (zonder lidwoord) datief vrouwelijk enkelvoud vergrotende trap van amerikaanisch
amerikaanischer
- onbepaald nominatief en accusatief mannelijk enkelvoud vergrotende trap van amerikaanisch