Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • al·ree
Woordherkomst en -opbouw

Bijwoord

alree

  1. (verouderd) alreeds, albereids, oké

Gangbaarheid

13 % van de Nederlanders;
11 % van de Vlamingen.[1]

Verwijzingen

  1.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be