alloceren
- al·lo·ce·ren
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
alloceren |
alloceerde |
gealloceerd |
zwak -d | volledig |
alloceren
- (informatica) het reserveren van geheugen.
- het toewijzen
- De spelling van dit woord kan met recht een knelpunt van de Nederlandse spelling genoemd worden.
- Het woord alloceren staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "alloceren" herkend door:
49 % | van de Nederlanders; |
53 % | van de Vlamingen.[1] |
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be