• aids·co·or·di·na·tor
enkelvoud meervoud
naamwoord aidscoördinator aidscoördinators
aidscoördinatoren
verkleinwoord

de aidscoördinatorm

  1. (medisch) iemand die zorgt dat alle activiteiten rond aids een samenhangend geheel worden
    • Het aantal mensen dat besmet is met het aidsvirus in Rusland stijgt jaarlijks met tien procent. Dat meldt de Russische anti-aidscoördinator Vadim Pokrovski.[1] 
    • De Nederlandse eilanden Sint-Maarten, Saba en Sint-Eustatius kennen niet alle Franse luxe, maar zijn beter af dan veel buureilanden, dus lokken ook zij mensen.Toch was de aidsbestrijding op Sint-Maarten tot nu ver onder de maat, zegt Moses-Burton. 'De overheid had maar één aidscoördinator. Zij ging naar scholen, deed preventie en bewustwording. Veel te weinig.'[2] 
  1. De Volkskrant 21 november 2008 Fikse stijging hiv-besmettingen in Rusland
  2. De Volkskrant Rob Vreeken 8 juli 2002 Aidsvirus doet op Antillen aan eilandhoppen