Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • af·prij·zing
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord afprijzing afprijzingen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de afprijzingv

  1. het verlagen van de prijzen
     Het nieuwe systeem berekent automatisch de beste korting. Een algoritme houdt rekening met onder andere de weersomstandigheden, de voorraad van het product in de winkel, het historische verkoopverloop en de vraag of het in de aanbieding is. "Bij de producten worden elektronische prijskaartjes geplaatst met daarop twee prijzen: de 'gewone' prijs en de afprijzing", aldus de woordvoerder.[2]
  2. het afraden om iets te kopen

Gangbaarheid


Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2.   Weblink bron “AH wil minder voedsel weggooien met 'dynamische kortingen'” (Dinsdag 21 mei 2019, 10:48), NOS