afkoopverbod
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- af·koop·ver·bod
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van afkopen ww en verbod zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | afkoopverbod | afkoopverboden |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
het afkoopverbod o
- het niet mogen accepteren van een afkoopsom in ruil voor het afstand doen van een recht (zoals bijvoorbeeld een pensioen of lijfrente)
Gangbaarheid
- Het woord afkoopverbod staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.