afdroging
- af·dro·ging
- Naamwoord van handeling van afdrogen met het achtervoegsel -ing[1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | afdroging | afdrogingen |
verkleinwoord |
de afdroging v
- een wedstrijd die men op een vreselijke manier heeft verloren
- Een dag na de afdroging in de Europa League door het Slowaakse AS Trencín (4-0) startte Feyenoord de voorbereiding op de eerste competitiewedstrijd. [2]
- Vooral de afdroging van Halep is bijzonder. De Japanse staat 43 plekken lager dan haar Roemeense opponent. Toch wist Osaka, die voor de vierde keer in haar loopbaan een speelster uit de top 10 versloeg, vrij gemakkelijk te winnen. [3]
- Het woord 'afdroging' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "afdroging" herkend door:
86 % | van de Nederlanders; |
83 % | van de Vlamingen.[4] |
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ De Telegraaf 10 aug. 2018 Van Bronckhorst: ’Het is een grote klap geweest’
- ↑ Tubantia 17-03-18 Venus Williams en als eerste geplaatste Halep niet naar finale Indian Wells
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be