ademden uit
- Geluid: ademden uit (hulp, bestand)
- IPA: / ˈadəmdə(n) ˈœyt / (4 lettergrepen)
- adem·den uit
vervoeging van |
---|
uitademen |
ademden (…) uit
- meervoud verleden tijd van uitademen
- Wij ademden uit.
- Jullie ademden uit.
- Zij ademden uit.
- Wij ademden uit.
- Het woord ademden uit staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.