achterst
- ach·terst
- afgeleid van achter met het achtervoegsel -st
- is op te vatten als de overtreffende trap van het bijwoord achter
stellend | |
---|---|
onverbogen | achterst |
verbogen | achterste |
achterst
- het meest aan de achterzijde gelegen
- Hij zat op de achterste rij.
- Naar vorm is het woord een overtreffende trap, afgeleid van het voorzetselbijwoord achter; de onverbogen vorm wordt vrijwel niet gebruikt.
- Het woord achterst staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "achterst" herkend door:
65 % | van de Nederlanders; |
51 % | van de Vlamingen.[1] |
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be