abonnementsbasis

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  abonnementsbasis    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• abon·ne·ments·ba·sis

Woordherkomst en -opbouw

• samenstelling van  abonnement zn  en  basis zn  met het invoegsel -s- 

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	abonnementsbasis	abonnementsbasissen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de abonnementsbasis v

1. abonnementen als financiële grondslag van een bedrijf of organisatie

   ▸ Een groepje vrienden bedacht een simpel maar slim concept: fietsenverhuur op abonnementsbasis ofwel de Swapfiets. In vier jaar tijd groeide het uit tot een groot bedrijf met meer dan 1200 werknemers in vier landen. Hoe is het de oprichters gelukt? ,,Als je stil blijft staan, weet je zeker dat je wordt ingehaald.”

   ▸ Net als Netflix en Spotify werkt FC Urban op abonnementsbasis. Vanaf een tientje per maand voetbal je onbeperkt. Voor 14,99 euro kan je het abonnement maandelijks opzeggen. Wie abonnee wil worden moet zichzelf een cijfer geven in de app. Daarna houdt de app je niveau bij. ,,Tijdens wedstrijden wordt bijgehouden hoe je speelt. Dus bijvoorbeeld hoeveel doelpunten je maakt’’, legt Lamme uit. ,,Zo kunnen we voor elke match gelijkwaardige teams samenstellen.’’

Gangbaarheid

• Het woord 'abonnementsbasis' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.