• ab·ject·heid
enkelvoud meervoud
naamwoord abjectheid abjectheden
verkleinwoord - -

de abjectheidv

  1. de mate waarin iets abject is
    • ...dat de schrijver niets gedaan heeft om die uiterlijke belachelijkheid en abjectheid te verminderen... [1]
  1. Campen
    , M.h. van (2007). Over Literatuur, p. 52. Uitg.: Echo Library, ISBN 9781406842838.