aandelencarrousel

  • aan·de·len·car·rou·sel
enkelvoud meervoud
naamwoord aandelencarrousel aandelencarrousels
verkleinwoord

aandelencarrousel m/o

  1. programma waarbij veel aandelen van eigenaar verwisselen
     Een Koreaanse rechtbank uit Seoul wijst voor het eerst op de verantwoordelijkheid van Pol Hauspie bij het organiseren van een aandelencarrousel in juni 2000 bij het FLV Fund. Daarbij ging 30 miljoen dollar verloren. Verwacht wordt dat de Koreaanse uitspraak het FLV-dossier in een stroomversnelling brengt.[1]


  1.   Weblink bron
    pdd
    “Pol Hauspie centraal in aandelencarrousel” (31/01/2002), De Standaard