aanbrekend
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: aanbrekend (hulp, bestand)
- IPA: / ˈambrɛkənt / (3 lettergrepen)
Woordafbreking
- aan·bre·kend
Werkwoord
vervoeging van: | aanbreken |
verbogen vorm: | aanbrekende |
aanbrekend
Gangbaarheid
- Het woord 'aanbrekend' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.